PE wil een verruiming van de vergoeding van duurzame gebruiksgoederen, zoals een koelkast of wasmachine, via de bijzonder bijstand. In de raadsvergadering van 16 december 2004 diende de fractie daarom een motie in, om het college te vragen de mogelijkheden daarvoor te onderzoeken. Het college heeft dit toegezegd…
In de raadscommissie Samenleving van 1 december was ook al uitgebreid over dit onderwerp gesproken. Het college bevestigde toen het signaal dat onder andere door het Klantenpanel van de Sociale Dienst was afgegeven: door de invoering van de Wet Werk en Bijstand is het voor de cliënten van de Sociale Dienst moeilijker om hiervoor een vergoeding te krijgen.
Onder de oude wet kregen alle cliënten jaarlijks een vast bedrag (de zogenaamde categoriale bijstand), dat ze naar eigen inzicht konden besteden. Dit kon men dan bijvoorbeeld gebruiken voor de aanschaf van duurzame gebruiksgoederen. Die categoriale bijstand mag volgens de regels van de nieuwe wet niet meer. Elke cliënt moet de noodzaak aantonen dat iets vergoed moet worden. In de commissievergadering werd letterlijk gezegd dat alleen het feit dat bijvoorbeeld een wasmachine kapot is en er een nieuwe moest worden aangeschaft, niet voldoende noodzaak voor vergoeding is. Men verwacht van iemand in de bijstand dat ze voor de aanschaf van dit soort goederen zelf sparen of een lening afsluiten. Niet reëel, vindt PE. “Een duidelijk achteruitgang in het niveau van de vergoeding van de cliënt, terwijl steeds het uitgangspunt van de raad is geweest om de bijzondere bijstand op het oude niveau te handhaven”, zo stelde raadslid Aline Verhoef-Franken tijdens de discussie.
Het college heeft nu toegezegd dat ze de mogelijkheden voor vergoeding van duurzame gebruiksgoederen gaat bekijken. Door deze toezegging is de ingediende motie van PE niet meer in stemming gebracht. Het antwoord van het college komt in mei, tegelijkertijd met het verslag van sociale zaken over 2004.